TOS in Beeld: Handvatten voor ondersteuning bij taalontwikkelingsstoornissen in het regulier en speciaal basisonderwijs | Expertisecentrum Nederlands

In het project TOS in Beeld inventariseerden we de vragen die leraren in het PO hebben over leerlingen met taalontwikkelingsstoornissen. Naar aanleiding van hun ondersteuningsvragen maakten we de website www.tosinbeeld.nl en twee borgingstools om de kennisdeling rondom TOS te verbeteren. In het rapport van dit praktijkgerichte onderzoek (mogelijk gemaakt door NRO) van Expertisecentrum Nederlands, Koninklijke Kentalis, Koninklijke Auris en tien PO-scholen  leest u meer over drempels en goede praktijken in het onderwijs.

Het project TOS in Beeld is een voorbeeld van praktijkgericht onderwijsonderzoek dat is gestart vanuit de vragen van leraren in het primair onderwijs over leerlingen met taalontwikkelingsstoornissen. Het Expertisecentrum Nederlands heeft samen met Koninklijke KentalisKoninklijke Auris Groep, de Radboud Universiteit en tien PO-scholen ontwerpgericht onderzoek gedaan, met steun van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek.

Bij circa vijf procent van alle kinderen is sprake van een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Kinderen met TOS ondervinden problemen met verwerving van taal die niet toegeschreven kunnen worden aan gehoorproblemen, ernstige fysieke of emotionele problemen, cognitieve beperkingen of afwijkende omgevingsinvloeden (Leonard, 2014; Gerrits, 2017). TOS is een heterogene hardnekkige stoornis die zich vaak uit op meerdere taaldomeinen (Van Weerdenburg & Verhoeven, 2007; Tomblin, Zhang, Buckwalter & O’Brien, 2003). Door de invoering van de wet Passend Onderwijs wordt er een steeds groter beroep gedaan op leraren in het regulier onderwijs om aan te sluiten bij de ondersteuningsbehoefte van kinderen met TOS op deze verschillende domeinen.

Een expertpanel van ambulant dienstverleners uit het cluster 2-onderwijs die leerlingen met TOS in het PO begeleiden, maakte al enige tijd geleden melding van grote handelingsverlegenheid onder leraren in het regulier onderwijs bij het bieden van passend onderwijs. Ook ontbreekt het aan kennisdeling en borging van de expertise rondom TOS in veel schoolteams. Er is in veel gevallen geen doorgaande lijn in kennisbenutting omdat onvoldoende wordt vastgelegd wat werkt bij een specifieke leerling, en een duurzame en systeemgerichte benadering ontbreekt. Dit heeft mogelijk nadelige consequenties voor de leerling, omdat de ondersteuning onvoldoende zou kunnen aansluiten bij diens onderwijsbehoefte.

In het project TOS in Beeld heeft daarom de nadruk gelegen op het verspreiden en borgen van expertise over leerlingen met TOS. In het project stonden de volgende vragen centraal:

  1. Welke ondersteuningsvragen hebben leraren in het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met TOS?
  2. In hoeverre dragen ondersteuningsvormen vanuit cluster 2-onderwijs, zoals belevingscircuits en cursussen, bij aan kennis en self-efficacy van leraren die een leerling met TOS begeleiden?
  3. Op welke wijze kan de kennis over TOS die voortkomt uit dergelijke scholingsbijeenkomsten, duurzaam beschikbaar komen/geborgd worden binnen een schoolteam?

Tien schoolteams namen deel aan een TOS-ervaringscircuit en een reflectiebijeenkomst. Via kwalitatief onderzoek met vragenlijsten en reflectieoefeningen zijn deze bijeenkomsten en hun effect op het omgaan met de problematiek van leerlingen met TOS gevolgd.

Het project heeft de volgende inzichten opgeleverd:

  1. De ondersteuningsvragen van de leraren bleken divers te zijn. Het kunnen signaleren van een TOS bij een leerling kwam hierbij het vaakst ter sprake, maar ook de didactische vaardigheden die nodig zijn om een leerling met TOS te ondersteunen, en de organisatorische consequenties. Een aantal leraren had ook vragen over externe ondersteuningsmogelijkheden.
  2. De leraren geven aan dat hun kennis over TOS is toegenomen door het bijwonen van het belevingscircuit en de informatiebijeenkomst aan het begin van het project. Gedurende het project is ook de self-efficacy van de leraren groter geworden; het belevingscircuit heeft daaraan waarschijnlijk bijgedragen.
  3. Het lukt de scholen maar ten dele om de expertise over TOS beschikbaar te maken voor het hele team. Er is behoefte aan begeleiding door AB/AD om kennis over TOS in het team te brengen en te houden.

Om de duurzaamheid van de expertise rondom TOS te optimaliseren zijn twee borgingstools en de website www.TOSinBeeld.nl ontwikkeld in samenspraak met de Community of Practice (CoP) in het projectconsortium. De selectie van onderwerpen voor de website gebeurde op basis van de analyse van ondersteuningsvragen van leraren, die ze formuleerden tijdens de reflectiebijeenkomsten. Op de website is informatie en good practice te vinden over TOS in de klas op het niveau van de leerling/ leraar/school. De borgingstools, een checklist en een format voor een logboek, zijn voor het hele onderwijsveld via de website www.TOSinBeeld.nl beschikbaar, maar ook hier te downloaden, evenals het onderzoeksrapport:

Het consortium hoopt met deze opbrengsten tegemoet te komen aan de informatiebehoefte van leraren over het werken met leerlingen met TOS in het (speciaal) basisonderwijs.

In het septembernummer van SchoolManagement (2018) verscheen een kort artikel over het project, met informatie over de inzet van de checklist, een van de borgingsinstrumenten die in het project ontwikkeld werden.